De regen tikt tegen de ruiten en in gedachten zie ik een meisje van zeven jaar in de plassen springen. Stralend van oor tot oor omdat het water overal heen spat. Daarnaast een stoere dame van tien die het maar niks vindt en niet nat wil worden.
Die meisjes zijn er niet echt, al droom ik vaak over ze en denk ik vaak aan ze. Het zijn mijn meiden, de kindjes die ik verloren heb met mijn twee miskramen. In gedachten zijn ze bij me, voel ik me met ze verbonden. Een verbondenheid die me veel troost geeft.
Natuurlijk had ik ze veel liever bij me gehad, hier…
Om mee te knuffelen, te stoeien, spelletjes te spelen, op ze te mopperen, ze op te mogen voeden en vooral héél veel van ze te houden.
Dat houden van is er absoluut, dat voel ik tot in het diepste van mijn zijn. Mijn meiden zijn namelijk met mij verankerd, zijn een stukje van mij en daar ben ik zo intens dankbaar voor! Samen met hen kan ik de wereld aan, zij geven mij kracht op de momenten dat ik het even lastig vind. Aan hen denken maakt me blij, ik koester ze.
Wil dat zeggen dat ik nooit meer verdrietig ben? Absoluut niet!
Ik mis ze namelijk nog steeds, elke dag weer. Alleen neemt het verdriet en het gemis me niet meer over. Zo af en toe dan wordt het verdriet even aangeraakt, door iets wat ik zie of hoor of door een herinnering. Ik laat het dan helemaal toe, het mag er ten slotte zijn. Het is een onderdeel van mij, net zoals zij een onderdeel van mij zijn. En nadat ik die gevoelens van gemis en verdriet er heb laten zijn, voel ik het ook altijd weer wegvloeien en komt er een gevoel van dankbaarheid naar boven. Dankbaar voor het feit dat ze er waren, dat ze er zijn, dat we verbonden zijn. Door die dankbaarheid én het feit dat ik mijn verdriet niet meer wegstop, is er zoveel ruimte gekomen voor al het moois in mijn leven. Ik zie nu al die mooie dingen weer en dat is zó fijn!
De eerste periode was ik vooral aan het vechten tegen het verdriet en had ik het gevoel dat het over moest gaan. Ik heb ondervonden dat het (voor mij in ieder geval) niet zo werkt. Dit gemis en dit verdriet horen ten slotte bij mij. En pas toen ik me dát realiseerde en het er mocht zijn, ging het beter met me.
En nu… nu geniet ik volop van het leven en zijn mijn meiden in gedachten gewoon bij me.
Heerlijk!
Carla Beukers